
Jurisprudentie
BI0866
Datum uitspraak2009-04-10
Datum gepubliceerd2009-04-14
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers08/4644 WAO
Statusgepubliceerd
Datum gepubliceerd2009-04-14
RechtsgebiedSociale zekerheid
Soort ProcedureHoger beroep
Instantie naamCentrale Raad van Beroep
Zaaknummers08/4644 WAO
Statusgepubliceerd
Indicatie
Afwijzing verzoek om vergoeding van de in bezwaar gemaakte kosten betreffende de door het Instituut Psychosofia uitgebrachte rapporten.
Uitspraak
08/4644 WAO
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellant], wonende te [woonplaats] (hierna: appellant),
tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 28 juli 2008, 07/4376 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellant
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 10 april 2009
I. PROCESVERLOOP
Namens appellant heeft mr. W.C. de Jonge, advocaat te Vlaardingen, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 27 februari 2009. Appellant is niet verschenen. Het Uwv was vertegenwoordigd door mr. H. van Wijngaarden.
II. OVERWEGINGEN
1.1. Voor het ontstaan en de loop van de procedure verwijst de Raad naar de aangevallen uitspraak.
1.2. De rechtbank is in de aangevallen uitspraak onder verwijzing naar de rechtspraak van de Raad tot het oordeel gekomen dat het Uwv met recht heeft besloten niet tot vergoeding van de kosten met betrekking tot de rapportages van Instituut Psychosofia over te gaan.
2. In hoger beroep heeft appellant zich tegen dit oordeel van de rechtbank gekeerd.
3.1. In hetgeen appellant heeft aangevoerd heeft de Raad geen aanknopingspunten gevonden om tot een van zijn vaste rechtspraak afwijkend oordeel te komen. Deze vaste rechtspraak houdt – kort samengevat – in dat voor vergoeding van de kosten van door de gemachtigde van appellant ingebrachte rapportages van het Instituut Psychosofia geen plaats is. De Raad verwijst naar onder andere zijn uitspraken van 13 april 2005 (LJN AT4323), 16 maart 2007 (LJN BA1360), 15 mei 2007 (LJN BA5367) en 14 maart 2008 (LJN BC7267). Ook in deze zaken was mr. De Jonge als advocaat betrokken.
3.2. De Raad heeft aan de aangevallen uitspraak niets toe te voegen.
3.3. Het hoger beroep treft mitsdien geen doel. De aangevallen uitspraak dient te worden bevestigd.
3.4. Voor een proceskostenveroordeling ziet de Raad geen aanleiding.
III. BESLISSING
De Centrale Raad van Beroep;
Recht doende:
Bevestigt de aangevallen uitspraak.
Deze uitspraak is gedaan door G. van der Wiel als voorzitter en J. Brand en P.J. Stolk als leden. De beslissing is, in tegenwoordigheid van A.C. Palmboom als griffier, uitgesproken in het openbaar op 10 april 2009.
(get.) G. van der Wiel.
(get.) A.C. Palmboom.
TM